Geneesmiddelen bij ouderen
Bij ouderen zijn vaak verschillende aandoeningen tegelijk aanwezig, waardoor gebruik van meerdere medicijnen tegelijk veel voorkomt. (polyfarmacie). Bij het ouder worden neemt de lever- en nierfunctie vaak af, waardoor medicijnen minder en/of trager worden afgebroken. Ook verandert met het ouder worden de lichaamssamenstelling (meer vet, minder spier, minder water)Dit in combinatie met interacties van meerdere medicijnen op elkaar, leidt makkelijker tot bijwerkingen en medicijnvergiftiging bij ouderen. Welke zich vaak op een andere manier presenteren dan bij jongeren. Tevens kan het voor ouderen moeilijk zijn sommige medicatie in te nemen.
Rol van de geriater
De klinisch geriater heeft kennis van de belangrijkste bijwerkingen en interacties van verschillende medicijnen. Er is aandacht voor de manier van inname (zoals bij slikproblemen, problemen met onthouden inname medicatie,problemen met de verpakking, meerdere malen inname per dag) en er wordt gewaakt voor zowel het teveel als het te weinig voorschrijven van medicatie. De klinisch geriater kan zowel u als uw huisarts of ander behandelend specialist hierover informeren. Hierdoor wordt geprobeerd ernstige bijwerkingen, waarvoor soms zelfs ziekenhuisopnames noodzakelijk zijn, te voorkomen.